HTTP-controleregels worden gebruikt om de beschikbaarheid van individuele HTTP-requests te controleren. Vooral nuttig voor het controleren van de uptime van een website, de controleregels werken buiten uw netwerk waar ze HTTP GET/POST-requests uitvoeren zonder een browser nodig te hebben. Volg laadtijd, controleer eventueel op inhoud en verifieer de HTTP-responscodes die u opgeeft.
Monitor uw websitestatus 24 uur per dag
Er zijn een aantal redenen waarom een server een foutcode kan retourneren. Alles behalve een “200 OK”-code kan erop wijzen dat u een probleem heeft. De meest voorkomende is 404 - file not found. Kies uit verschillende condities waarop u uw webpagina kunt controleren en alerts kunt activeren. U kunt verwachtingen voor pagina laadtijden, verwachte minimale paginagrootte en inhoudmatching rechtstreeks vanaf het tabblad Foutcondities instellen.
Paginalaadtijden
Probeer twee verschillende maximale laadtijden in te stellen en alerts te activeren wanneer het langer duurt om de pagina te laden. De standaardinstelling is 2,5 en 5 seconden, maar u moet uw pagina’s zo configureren dat de laadtijden onder de 2 seconden blijven.
Minimale paginagrootte
U heeft uren besteed aan het optimaliseren van uw pagina zodat die snel laadt, maar als de volledige pagina niet wordt geladen, wat is dan het nut van een snelle pagina? Probeer een minimale paginagrootte in te stellen (in bytes). U wordt gewaarschuwd als een deel van uw pagina niet laadt.
Pagina-inhoud match
Heeft u een cruciaal element op de pagina dat elke keer moet laden? U kunt een bepaald woord of een bepaalde woordgroep opnemen in het veld Pagina-inhoud match. Als de controleregel dat vervolgens niet op de geretourneerde pagina vindt, wordt er een alert geactiveerd.
HTTP-statuscodes
Verwacht u een foutcode of iets anders dan een 200 die succes aangeeft? Bekijk ons Knowledge Base-artikel voor een volledige lijst met statuscodes.
Houd SSL-certificaten in de gaten
Het HTTPS-protocol is en werkt precies hetzelfde als HTTP met één uitzondering. Het kan worden gebruikt voor het controleren van een webpagina die is beveiligd met een SSL Certificaat. Waarschuwingen over ongeldige en verlopen SSL-certificaten hebben de neiging om gebruikers te alarmeren, vooral wanneer het om transacties gaat.
Laat het selectievakje “Check SSL-certificaat fouten” geselecteerd op het tabblad Extra. Dit zal alerts activeren als het certificaat een fout retourneert.
User agent
Met de User Agent-instellingen kunt u uw webpagina testen met specifieke browsers. U kunt kiezen uit 15 verschillende veelgebruikte browsers of een aangepaste agent maken. Wilt u een enkele pagina in een echte browser monitoren? Gebruik een Echte Browser Check of Full Page Check.
Gebruikers authenticeren
Vereist uw pagina gebruikersauthenticatie? Geef gewoon een gebruikersnaam en wachtwoord op om te controleren of uw authenticatieprocessen correct werken. Uptrends gebruikt encryptie om uw authenticatie-informatie veilig te houden.
Aangepaste HTTP requests
De basis HTTP-controleregel gebruikt een “get” header, maar u kunt ook de post headers testen. Bovendien kunt u uw eigen aangepaste HTTP request headers creëren en testen.
Uw SSL-certificaten monitoren
SSL-beheer automatiseert de controle van de vervaldatum van certificaten om de betrouwbaarheid en toegankelijkheid van uw websites te helpen behouden. U kunt testen of een webserver inkomende sessies via een beveiligd kanaal kan accepteren en meteen de vervaldatum van het beveiligingscertificaat controleren. U kunt ook drempelwaarden configureren om nuttige alerts te ontvangen lang voordat SSL-certificaten verlopen.
“Voordat we Uptrends gebruikten, hadden we geen inzicht in onze werkelijke uptime, dat hebben we nu wel.”
Kies tussen IPv4 of IPv6
IPv4 en IPv6 gebruiken beide CIDR om hun netwerk- en hostadressering te verwerken, maar de twee protocollen zijn niet uitwisselbaar. IPv6 lost veel andere netwerkproblemen op die inherent zijn aan IPv4, zoals kleinere routingtabellen, vereenvoudigde pakketheaders en gebruikt multicast in plaats van broadcast.
Een enkel apparaat kan zowel IPv4 als IPv6 ondersteunen. Dual-stack IP zorgt ervoor dat een enkele router, switch of server beide adresruimten kan verwerken. U zult echter met een IPv4-verbinding geen verbinding kunnen maken met een IPv6-only apparaat, en omgekeerd. En IPv6 presteert beter dan IPv4, maar afhankelijk van de lokale architectuur is IPv4 vaak sneller. Het Domain Name System (DNS) ondersteunt beide protocollen.
Uw IPv4-adressen monitoren
Het IP-adres is een kwetsbaar onderdeel van het netwerkprotocol. Als een hacker toegang weet te krijgen tot de DNS-instellingen, kan hij de IP-adressen wijzigen. Eenmaal binnen uw netwerk kan hij gebruikers naar een kwaadaardige site leiden of een DoS-aanval initiëren. Ter bescherming tegen hacking kan een DNS-controleregel één keer per minuut het IP-adres verifiëren. De controleregel kan ook andere records in uw DNS controleren en verifiëren, zoals MX- en NS-records.
Monitor zowel IPv4 als IPv6
Het feit dat beide protocollen naar dezelfde server leiden, betekent niet dat beide protocollen werken. Het expliciet monitoren van IPv6 en IPv4 is mogelijk met uptime monitoring (voor websites en webservices). Kies een van beide protocollen in de controleregelinstellingen en wijs de controlestations toe. Wijs voor IPv6 alleen controlestations toe die native IPv6 ondersteunen of gebruik ze allemaal met IPv6-simulatie via IPv4.
Welk protocol ondersteunt mijn site?
Gebruik Uptrends' gratis tool DNS Rapport en voer een domeinnaam in, bijvoorbeeld uptrends.nl. De gratis tool DNS Rapport achterhaalt het adres. Dat wil zeggen dat de tool het DNS-systeem bevraagt en uw DNS-records ophaalt. Scrol door de resultaten en zoek naar de A- en AAAA-records. Mogelijk heeft u er meerdere van een van beide of geen van de andere.
Stel alerts in voor geselecteerde foutcondities
Een foutconditie bestaat uit een reeks veranderlijke parameters die zijn gekoppeld aan een controleregel die het verzenden van een alert activeert. Houd er rekening mee dat de beschikbare condities voor configuratie zullen veranderen op basis van het gebruikte controleregeltype.
Configureer opties voor foutcondities op basis van vaste of veranderlijke parameters. Het is allemaal aanpasbaar op basis van wat het beste is voor u en uw team.
HTTPS-fouten
Als het HTTPS-controleregeltype wordt gebruikt en de request mislukt (stap 3), kan Uptrends meerdere keren proberen verschillende beveiligingsprotocollen te gebruiken voordat de test als een mislukte poging wordt verklaard.
HTTP(S) met verstrekte authenticatie-informatie
Voor HTTP- en HTTPS-requests die informatie over gebruikersauthenticatie bevatten, kan Uptrends een mislukte test opnieuw proberen voordat de poging mislukt wordt verklaard.
Netwerkfouten
Als de HTTP- of HTTPS-request mislukt vanwege een netwerkprobleem, probeert Uptrends een traceroute naar het IP-adres uit te voeren. De traceroute stuurt een reeks Ping (=ICMP)-pakketten.
Probeer Website Monitoring 30 dagen lang gratis!
Aan de slag gaan is eenvoudig — meld u aan, kies wat u wilt monitoren en begin! Dus waar wacht u nog op?
Begin vandaag nog — gratis!