Om aan de slag te gaan met Persoonlijke locaties, raden we u aan het artikel Persoonlijke locaties te lezen. Dit geeft u een overzicht van hoe u uw websites, webservices en API’s binnen uw eigen netwerk kunt monitoren, in plaats van te vertrouwen op het wereldwijde Uptrends-netwerk van openbare controlestationlocaties.
Vereisten en benodigde instellingen
Het instellen van persoonlijke locaties omvat specifieke hardware- en netwerkvereisten die variëren afhankelijk van uw omgeving en implementatie. Het aantal controleregels, controleregeltypes en uw netwerkinfrastructuur kunnen van invloed zijn op uw specifieke behoeften.
Zorg ervoor dat u aan alle vereisten en configuraties voldoet voordat u het controlestation installeert.
Neem voor hulp bij vereisten en installatieprocedures contact op met ons Support team.
Capaciteit persoonlijke locaties
In tegenstelling tot openbare controlestations die controleregels van veel verschillende accounts uitvoeren, voeren persoonlijke locaties alleen de controleregels uit die specifiek zijn voor uw account en binnen uw eigen netwerk.
De resources die vereist zijn om persoonlijke locaties uit te voeren, zijn afhankelijk van het type en het aantal controleregels dat u op elke persoonlijke locatie uitvoert. Niet-browsergebaseerde controleregels ( HTTPS, Connect, Ping en Multi-step API) verbruiken voornamelijk netwerkcapaciteit, zoals bandbreedte, throughput en latency. Browsergebaseerde controleregels ( full-page checks en transacties) verbruiken voornamelijk de servercapaciteit, zoals CPU, geheugen en disk I/O.
Berekening van een gemiddelde capaciteit
De gemiddelde capaciteit voor een set-up van een persoonlijke locatie volgens de aanbevolen hardwarevereisten met twee controlestations is:
- 2 controlestations x 10 transacties met intervallen van 5 minuten
- 2 controlestations x 10 full-page checks met intervallen van 5 minuten
- 100 basiscontroleregels met intervallen van 1 minuut
Houd er rekening mee dat de controleregel-runtime ook van invloed is op de totale capaciteit.
Deze set-up biedt extra capaciteit voor foutafhandeling en onderhoudstaken:
- Bevestigde en onbevestigde fouten
- Onderhoud aan een van de controlestations, zoals het upgraden van containers of de Docker-host
Redundantie
De capaciteit zoals hierboven beschreven houdt geen rekening met redundantie van controleregels. Er zijn configuraties mogelijk waarbij een persoonlijke locatie meer monitoringtaken kan afhandelen dan hierboven vermeld. Dit is het geval wanneer u redundantie op verschillende niveaus heeft, zoals wanneer u meerdere persoonlijke locaties voor uw monitoring gebruikt.
Hardwarevereisten
Voordat u een controlestation toevoegt, moet u ervoor zorgen dat elk controlestation voldoet aan de onderstaande hardwarespecificaties. Voor betrouwbaarheid raden we aan twee controlestations te gebruiken en voor optimale performance drie of meer controlestations.
Bronnen
Bronnen | Aanbevolen | Minimum |
---|---|---|
CPU | 4 cores | 2 cores |
RAM | 8 GB | 4 GB |
Opslag | 60 GB op snelle opslag (SSD) | 60 GB |
Besturingssystemen (OS)
OS-vereisten | Aanbevolen | Minimum |
---|---|---|
Linux | Debian 12 Bookworm of nieuwer, geschikt voor Docker Engine en Docker Compose | Meest gangbare distributies, Docker Engine* |
Windows | Windows Server 2022 LTSC Standard | Windows Server 2019 LTSC Standard** |
*De host moet Docker Engine ondersteunen en kunnen uitvoeren. Uptrends biedt een Docker Compose-bestand, maar alternatieve tools zoals Podman kunnen ook werken. Onze containers voor persoonlijke locaties zijn getest op een breed scala aan distributies, waaronder Debian (en afgeleiden zoals Ubuntu), Rocky Linux, Fedora, Arch Linux, CentOS en andere.
**Houd er rekening mee dat Docker op Windows Server 2019 bekende problemen heeft met DNS resolving.
Netwerkvereisten
Zorg ervoor dat u aan de volgende netwerkvereisten voldoet:
- IPv4 — vast IPv4-adres voor elke controlestationserver.
- IPv6 — gebruik dit wanneer u een IPv6 gebruikt in uw gemonitorde infrastructuur.
- Netwerk — we raden minimaal 1 Gbps aan voor de netwerkverbinding. Het werkelijke gebruik ligt tussen 1 en 10 Mbps bij 95% bij constante snelheid. Zorg voor een stabiele internetverbinding om gemeten data over te zetten naar het Uptrends-platform.
Netwerkinstellingen
Zorg ervoor dat u aan alle netwerkconfiguraties voldoet:
Firewall
Verkeer tussen de controlestations en de Uptrends-cloudservers moet kunnen passeren zonder SSL-inspectie.
Zorg ervoor dat u geen Group Policy Objects (GPO’s) heeft geïnstalleerd die voorkomen dat Docker een lokale firewall creëert. Stel op de computer waarop Docker draait de group policy-instelling Apply local firewall rules in op Yes.
IPv6-vereisten
Als het interne netwerk IPv6-enabled is, geef dan een vast IPv6-adres en gateway op voor elke controlestationserver. Met het IPv6 IP-adres kunnen we uw infrastructuur monitoren via IPv6 met de juiste firewallconfiguratie. Zonder het vaste IPv6-adres kan Uptrends alleen IPv4 monitoren.
DNS-servers
Voor het controlestation moet(en) één of meer DNS-servers worden geconfigureerd op de Docker-host. Standaard gebruiken containers de DNS-configuratie van de host om hostnamen voor de geteste applicaties te resolven en voor connectiviteit met het Uptrends-cloudplatform.
FCrDNS
Als u mailservers via een externe route wilt monitoren, configureert u reverse DNS met: checkpoint\_name@uptrends.net
om deze te resolven naar het bijbehorende externe IP-adres.